Een benchmark op basis van 50 evaluaties
Als onderzoeker vraag ik me altijd af: kan ik meer uit deze data halen? Toen wij een paar jaar geleden – in coronatijd – op basis van jarenlange ervaring een ‘tool’ ontwikkelden met vragenlijsten om Raden van Toezicht te ondersteunen bij hun jaarlijkse evaluatie kregen we al veel data. De leden van die raden vulden hun individuele zelfbeeld in, hun beeld van hoe ze functioneerden als team en de bestuurder(s) gaven hun beeld van hoe hun toezichthouders het deden. Kader daarbij vormden de ‘best practices’, de sectorale codes en de Code Goed Toezicht van de VTOI-NVTK. Over de uitkomsten – vergelijkingen, grafieken, radarplots, open vragen etc. – hielden we op basis van een vooraf gevoerd ‘focusgesprek’ steeds een dialoogsessie over deze ‘Spiegels+’ met de raad en zijn bestuur.
Inmiddels zijn we meer dan vijftig Spiegel-evaluaties verder en kwam de vraag op: is daar meer, een soort benchmark, uit te halen? Zou er in die vijftig Spiegel-rapporten een lijn te vinden zijn? Het antwoord is: ja. Een korte beschrijving van de opbrengsten en voor wie meer wil lezen de mogelijkheid om zelf als toezichthouder te leren van deze benchmark.
Door: Dr. Olaf McDaniel
Goed toezicht als bijdrage aan goed bestuur
Ik heb het zelf als toezichthouder in onderwijs en kinderopvang en als adviseur-onderzoeker zien gebeuren. Het belang van goed toezicht in het onderwijs nam de afgelopen jaren steeds verder toe. De introductie van onafhankelijk toezicht in de vorm van “Raden van Toezicht” (verder RvT) begon in de jaren ‘90 van de vorige eeuw in het hoger onderwijs en werd sindsdien stapsgewijs ingevoerd in het MBO en het funderend onderwijs. De laatste plek waarin het toezicht nog niet in alle gevallen onafhankelijk is, is bij de Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs. Maar ook daar is het voornemen om dat binnen afzienbare tijd in te voeren.
Het bestuur van onze onderwijsinstellingen is met de verplichte invoering van onafhankelijk toezicht geprofessionaliseerd. Maar, om met een veel geciteerde voetballende nummer 14 te spreken: “Elk nadeel heeft zijn voordeel”. Hoe zorgen we ervoor dat deze toezichthoudende organen effectief blijven in een snel veranderende omgeving?
De impact van regelmatige evaluatie
Het genoemde Spiegels+ instrumentarium biedt RvT’s de gelegenheid om de periodiek verplichte externe evaluatie uit te voeren en zo bij te dragen aan de cyclus van verbetering en vernieuwing. We hebben een analyse gemaakt van de 50 evaluaties uit de afgelopen 2 tot 3 jaar. In dit blog zoom ik in op enkele van de, soms verrassende, uiteraard geanonimiseerde, uitkomsten.
Methodiek – twee perspectieven
De Spiegels methodiek onderscheidt zich door de leden van de RvT te ondervragen en als tegengewicht ook de bestuurder(s) dezelfde vragen te stellen. Op die manier wordt het zelfbeeld van de RvT getoetst aan de ervaring van de bestuurder(s). En in de bespreking van de resultaten (de genoemde ‘dialoogsessie’) levert die confrontatie vaak interessante gezichtspunten op. Met name als het gaat om de twee onderwerpen waarin de RvT dicht tegen de bestuurder(s) aan schuurt, het werkgeverschap en de sparringpartner functie, bieden de uitkomsten stof voor verdieping.
De 7 hoofdprincipes van de VTOI-NVTK – professionalisering scoort laag
De VTOI-NVTK Code onderscheidt een zevental hoofdprincipes die in een veelheid van vragen in de Spiegels aan de orde komen. In ons analyse-overzicht worden alle zeven thema’s besproken, waarbij het thema “integriteit” zorgt voor het hoogste zelfbeeld (4,30 op een schaal van 5) bij de RvT leden. Bestuurders vinden het integriteitsgevoel van hun RvT’s zelfs nog hoger (4,45).
Maar aan de laagst scorende kant staat het onderwerp “Professionaliteit, professionalisering en lerend vermogen” met een 3,12 als zelfbeeld van de 50 RvT’s en 3,01 vanuit de bestuurders. Het legt de ambivalentie bloot waarin de RvT’s van zichzelf zeggen dat ze redelijk tot goed zijn in het toezicht, maar aan professionele ontwikkeling eigenlijk weinig tot niets doen.
Drijfveren om toezichthouder te zijn – de mooiste
Wat beweegt toezichthouders om het vak van toezichthouder in het onderwijs te kiezen? We zien een aantal beweegredenen die veel terugkomen: inzetten voor het onderwijs, iets terugdoen voor de maatschappij, de ervaring benutten ten behoeve van het onderwijs. Soms zijn ze heel persoonlijk en niet zelden gaat het om toezichthouders die al eerdere verbinding hadden met de school.
De mooiste die we zijn tegengekomen was deze: “Ik was leerling van de school, mijn vader rector, mijn kinderen zaten op dezelfde school, ik heb in de Medezeggenschapsraad gezeten en nu mijn kinderen al geruime tijd van school zijn was er een vacature voor het toezichthouderschap”.
Werkgeverschap
Eén van de belangrijke taken van een RvT is het werkgeverschap. Uit de vergelijking van de evaluaties bleek dat in veel concrete gevallen de bestuurders daarover minder tevreden zijn dan de RvT’s zelf. De gesprekken worden meestal wel gevoerd, maar objectieve gegevens (denk aan een 360 graden feedback, een regelmatige gesprekkencyclus e.d.) worden zelden gebruikt. Ook is de tijd die wordt besteed aan het werkgeverschap naar het oordeel van veel van de bestuurders schraal: lang niet altijd worden duidelijke verwachtingen geformuleerd en er is weinig feedback buiten de reguliere gesprekken.
Onderzochte thema’s
Ons samenvattende evaluatierapport bevat nog veel andere onderwerpen, zoals de vraag of RvT’s vaak op de stoel van de bestuurders gaan zitten, of de RvT de bestuurders ruimte geeft om lef te tonen en hoe de RvT’s en de bestuurders aankijken tegen de effectiviteit van hun toezicht.
Voor het complete artikel verwijs ik graag naar het volledige onderzoek. Mocht u meer willen weten over úw Spiegels evaluatie, neem dan contact op.
One Comment